Burgerlijk Wetboek Boek 6, Verbintenissenrecht
Boek 6. Algemeen gedeelte van het verbintenissenrecht
Titel 3. Onrechtmatige daad
Afdeling 1. Algemene bepalingen
Artikel 162
- Hij die jegens een ander een onrechtmatige daad pleegt, welke hem kan worden toegerekend, is
verplicht de schade die de ander dientengevolge lijdt, te vergoeden. - Als onrechtmatige daad worden aangemerkt een inbreuk op een recht en een doen of nalaten in
strijd met een wettelijke plicht of met hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk
verkeer betaamt, een en ander behoudens de aanwezigheid van een rechtvaardigingsgrond. - Een onrechtmatige daad kan aan de dader worden toegerekend, indien zij te wijten is aan zijn
schuld of aan een oorzaak welke krachtens de wet of de in het verkeer geldende opvattingen voor
zijn rekening komt.